Kapiteins bij Havenfestival IJmuiden
De Kapiteins waren uitgenodigd om te komen zingen tijdens het Havenfestival in IJmuiden op Zondag 23 juni. We hebben wel vaker gezongen in IJmuiden en ook deze keer stond er een tent klaar waar we onder konden staan zingen. Het was mooi weer maar absoluut niet zeker of heet droog zou blijven.
Frits Otto, sinds enkele maanden onze dirigent, had een leuk programma samengesteld voor een optreden van 45 minuten. Meer tijd kregen we niet. Het was druk daar op die Trawlerkade in IJmuiden. Diverse tenten stonden langs de kade en honderden bezoekers schuifelden langs de tenten. Ook bleef men lang bij het Kapiteinskoor staan te luisteren.
Na ons openingsnummer “Stuurman, de trossen los” volgden een paar leuke feestnummers om het publiek alvast een beetje ‘los’ te maken. Johan de Haan zong “Zwerven op zee” gevolgd door het altijd populaire ”Aan de Amsterdamse grachten”. Het was best leuk om te zien dat het publiek uit volle borst mee zong.
Later kon Bob de Vries het publiek vertellen dat de op dracht had geklonken “Mannen, taan het zeil”. Het tanen van zeil was normaal vroeger. Het spul is een mengeling van gekookte lijnolie en fijngemalen boomschors. In die boomschors zit een stofje dat heet ‘lignine’ en dat zorgt ervoor dat schimmels een minder goede kans hebben zich te ontwikkelen.
Jaap Pols werd gevraagd om naar voren te komen en te zingen over een Kapitein die altijd maar weer verdrietig werd wanneer hij in de buurt van “De golf van Biscaje” komt. Zoals Jaap dat kan nam hij het publiek mee op de tocht naar deze Golf. Uiteindelijk was het aan de voormalige dirigent Carel om het liedje “Laat maar lekker gaan” te brengen, wat eerder (in 2001) uitgebracht is door Benny Nijman (1951-2008).
Ook het ‘zakdoekjes-nummer’ kwam natuurlijk weer voorbij. Jan Slot is altijd degene die dan zakdoekjes uit deelt, want het nummer ”Twee armen en een zoen” kan alleen gezongen worden met zakdoekjes want tranen droog je niet met zakdoekjes alleen. Er zijn er ook altijd wel die het hele liedje blijven zwaaien, maar goed, dat betekent in elk geval dat men het naar de zin heeft.
Als afscheid zongen we dan ook weer “Stuurman de trossen los” en we konden vertrekken in de richting van een welverdiend biertje. Dat was trouwens goed verzorgd.